Risicobeheer

Evaluatie van het risicobeheer

De belangrijkste financiële risico’s bij de uitvoering van het financieringsbeleid bij de gemeente Gouda zijn renterisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s.

Renterisico op kortlopende schuld

De Wet Fido kent een tweetal wettelijke normen te weten de kasgeldlimiet en de renterisiconorm, die beogen om de renterisico’s van lagere overheden binnen de perken te houden en te beheersen. De kasgeldlimiet ziet hierbij op het beheersen van de kortlopende schuld (met een looptijd korter dan 1 jaar) en de renterisiconorm op het beheersen van de langlopende schuld (met een looptijd langer dan 1 jaar).

Kasgeldlimiet

Om grote fluctuaties in de rentelasten van de gemeente te vermijden is de omvang van de korte financiering door de Wet fido begrenst op maximaal 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar, met een minimum van € 0,3 miljoen. Het is hierbij niet toegestaan meer dan twee kwartalen achtereen de kasgeldlimiet te overschrijden.

Omschrijving (bedragen * € 1.000)

Kwartaal 1

Kwartaal 2

Kwartaal 3

Kwartaal 4

Begrotingstotaal (primitief)

294.092

294.092

294.092

294.092

In procenten van de grondslag

8,5

8,5

8,5

8,5

Kasgeldlimiet

24.998

24.998

24.998

24.998

Gemiddelde kortlopende schuld (-/- = schuld, + = tegoed)

15.934

27.353

26.812

23.380

Vrije ruimte

40.932

52.351

51.810

48.378

Bovenstaande tabel toont aan dat in 2021 ruimschoots is voldaan aan de kasgeldlimiet. De ruimte is een gevolg van het beleid om maximaal te profiteren van de negatieve rente op kortlopende leningen.

Renterisico op langlopende schuld

Om grote fluctuaties in de rentelasten bij lange financiering te vermijden is door de Wet fido bepaald dat een gemeente elk jaar maximaal 20% van het begrotingstotaal mag aflossen, met een minimum van € 2,5 miljoen. Doel van de norm is dat gemeenten de renterisico’s over de jaren spreiden.

Renterisiconorm

Omschrijving (bedragen * € 1.000)

Begroting 2021

Realisatie 2021

Begrotingstotaal (primitief)

299.000

294.092

In procenten van de grondslag

20

20

Renterisiconorm

60.000

58.804

Aflossing op vaste schuld

23.800

23.861

Ruimte (+) / overschrijding (-)

36.200

34.943

Ten tijde van het opstellen van de paragraaf financiering bij de begroting 2021 was de definitieve primitieve begrotingsomvang 2021 nog niet bekend; dit verklaart de afwijking tussen begroting en realisatie.

Kredietrisicobeheer op verstrekte geldleningen en overige uitzettingen

De gemeenteraad heeft als algemeen uitgangspunt vastgesteld dat alleen leningen of borgstellingen uit hoofde van de publieke taak worden verstrekt. Andere uitzettingen zijn op grond van de Wet fido niet toegestaan. Eventuele overtollige financiering mag uitsluitend nog worden belegd bij banken die voldoen aan de juiste kredietwaardigheid, de Rijksoverheid of medeoverheden.

Kredietrisicobeheersing richt zich op de kredietwaardigheid (en dus risicoprofiel) van de tegenpartij bij financiële transacties. Kredietrisico’s kunnen worden gelopen vanuit uitzettingen (verstrekte geldleningen, beleggingen) of uit verleende garanties.

Onderstaande tabel geeft inzicht in de aard van de uitzettingen per 31 december 2021.

Totaal uitzettingen

Omschrijving (bedragen * € 1.000)

Begroting 2021

Realisatie 2021

Publieke taak

Leningen aan verenigingen, stichtingen en natuurlijke personen

47

56

Leningen aan woningbouwcorporaties

0

0

Prudent beheer

Financiele instellingen (rating A en hoger)

16

2.361

Overige (semi-)overheidsinstellingen

0

40.000

Overige toegestane instellingen

0

0

Overige niet toegestane instellingen

0

0

Totaal

63

42.417

De uitzettingen aan verenigingen, stichtingen en natuurlijke personen betreffen verstrekte geldleningen aan het Dierentehuis Midden Holland en de Smartphones aan het gemeentelijk personeel.

De uitzettingen bij financiële instellingen met een rating van A+ of hoger betreffen de deelname in het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting en het Nationaal Restauratiefonds.

Bij het ministerie van Financiën is per 31 december 2021 een bedrag van € 40 miljoen uitgezet. Dit is een gevolg van de Regeling schatkistbankieren,

Het risicobeslag van verstrekte borgstellingen is opgenomen in paragraaf 6.7 Niet uit de balans blijkende langlopende financiële verplichtingen. Het kredietrisico op deze borgstellingen wordt meegenomen in de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit.

Liquiditeitsrisico

Liquiditeitsrisico is het risico dat er onvoldoende middelen zijn om aan directe betalingsverplichtingen te kunnen voldoen.

In 2021 was de toegang tot de geld- en kapitaalmarkt het gehele jaar gewaarborgd. Daarnaast was de uitzetting in ’s Rijks Schatkist dagelijks opvraagbaar. Hierdoor waren er voldoende geldmiddelen beschikbaar om aan directe verplichtingen te kunnen voldoen.