Het voordelig renteresultaat voor 2021 komt uit op € 1,4 miljoen, € 0,4 miljoen hoger dan de primitieve begroting:
De afwijking tussen de toegestane aan taakvelden toe te rekenen rentelasten van € 6,6 miljoen en de werkelijk toegerekende rente van € 8,0 miljoen bedraagt € 1,4 miljoen, oftewel 21 %. Volgens de kaders vanuit het BBV zijn gemeenten verplicht tot nacalculatie van het omslagpercentage als de afwijking groter of gelijk aan 25% is (beneden deze grens is dit optioneel). Over 2021 is derhalve niet tot correctie overgegaan.
BBV | Omschrijving |
|
| ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
a | De externe rentelasten voor de korte en lange financiering | 7.188.390 |
| ||||||||
b | De externe rentebaten | -152.441 |
| ||||||||
| Totaal berekenende externe rente |
| 7.035.949 | ||||||||
|
|
|
| ||||||||
c | De rente die aan de grondexploitaties wordt doorberekend | -374.691 |
| ||||||||
c | De rente van projectfienanciering die aan het betreffende taakveld wordt toegerekend | 0 |
| ||||||||
| Totaal doorgerekende externe rente |
| -374.691 | ||||||||
|
|
|
| ||||||||
d1 | Rente over eigen vermogen | 0 |
| ||||||||
d2 | Rente over voorzieningen die gewaardeerd zijn op contacte waarde | 0 |
| ||||||||
|
|
|
| ||||||||
| De werkelijk aan taakvelden toe te rekenen rente |
| 6.661.258 | ||||||||
|
|
|
| ||||||||
|
|
|
| ||||||||
e | De aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) |
| 8.039.528 | ||||||||
|
|
|
| ||||||||
f | Renteresultaat op taakveld treasury |
| 1.378.270 |
Gehanteerde rentetarieven
De gehanteerde rentetarieven zijn als volgt:
Omschrijving | Realisatie 2020 | Begroting 2021 | Realisatie 2021 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Omslagrente | 2,25% | 2,25% | 2,25% | |||||||
Rekenrente over boekwaarde grondexploitaties | 2,42% | 2,27% | 2,13% | |||||||
Rekenrente in de grondexploitaties | 2,42% | 2,40% | 2,40% |
De hoogte van de omslagrente, de rente over de boekwaarden van de grondexploitaties en de hoogte van de rekenrente in de grondexploitaties zijn vastgesteld op basis van de kaders die het BBV hiervoor stelt. De afwijking tussen de in de primitieve begroting 2021 geraamde rekenrente over de boekwaarden van de grondexploitaties en de werkelijke in 2021 wordt veroorzaakt door de lage rentepercentages waartegen de afgelopen jaren langlopende financieringsmiddelen zijn aangetrokken.